Er zijn zo vreselijk veel momenten. Al op de Beatrixschool, tussen de middag tosti’s eten als je meekwam met Maudi, hippe dansjes op het toneel. Toen werd ik je coach en waren we beiden trots op hoe hard jij trainde, op alle wedstrijden die je won tot aan het Nederlands kampioenschap-juniorcompetitie aan toe, op hoe handig je naar de winst stuurde op de Vechtrace, op winnen bij het schoolroeien op de Bosbaan, op hoe je daarna je vrienden meenam naar t Diep en aan het roeien kreeg, op prachtige prestaties op de Amstel, Eenhead en de Tromp, op hoe je samen met Daan zelfs de tweezonder onder de knie kreeg als junior – op hoe we ooit als coaches een teiltje voor je moesten pakken nadat je diep ging op de ergo.
En in al die tijd, in al die jaren, is er geen moment geweest waarop ik je kwaad heb gezien, geen moment waarop je niet je eigen sociale, trouwe en stabiele zelf bent gebleven. Hoe kunnen zoveel, zoveel momenten er toch zo gruwelijk veel te weinig zijn.
Hans Naaktgeboren